Telefoonfuncties

Verwerking van gesprekken in de auto voor een telefoon met Bluetooth-verbinding.
P5–1507–Phone-Ongoing call

Bellen

Open het deelscherm voor de telefoon.
Geef aan hoe u wilt bellen: via de gesprekkenlijst, via de contactenlijst of geef het nummer aan via de knoppenset. U kunt de contactenlijst doorzoeken of doorbladeren. Druk op P5–1507–Phone-Favorite star in de contactenlijst om een contact onder te brengen onder Favorieten.
Druk op Bel of op P5–1507–Symbol-Phone-call.
Druk op Ophangen om het gesprek te beëindigen.

Het is ook mogelijk om te bellen via de gesprekkenlijst op het appmenu, dat toegankelijk is via de knoppenset P5–1507–App-menu button rechts op het stuurwiel.

Ruggespraak

Tijdens lopende gesprekken:
Druk op Voeg gesprek toe.
Geef aan hoe u wilt bellen: via de gesprekkenlijst of via de contactenlijst.
Druk op een post/regel in de gesprekkenlijst of op P5–1507–Symbol-Phone-call voor de contactpersoon in de contactenlijst.
Druk op Wissel gesprek om te wisselen tussen gesprekken.
Druk op Ophangen om het lopende gesprek te beëindigen.

Conferentiegesprek

Tijdens ruggespraak:
Druk op Gespr. samenv. om de lopende gesprekken samen te voegen.
Druk op Ophangen om het gesprek te beëindigen.

Telefoonoproepen

Telefoonoproepen verschijnen op het bestuurdersdisplay en op het middendisplay. Voer het gesprek met de knoppenset rechts op het stuurwiel of met het middendisplay.

Druk op Antwoorden/Afwijzen.
Druk op Ophangen om het gesprek te beëindigen.

Telefoonoproepen tijdens lopende telefoongesprekken

Druk op Antwoorden/Afwijzen.
Druk op Ophangen om het gesprek te beëindigen.

Privégesprek

Druk tijdens een lopend gesprek op Privacy en kies de instelling:

  • Naar mobiele telefoon schakelen - de handsfree-functie wordt uitgeschakeld en het gesprek gaat verder via de mobiele telefoon.
  • Alleen bestuurder - de microfoon in het plafond aan de passagierszijde wordt uitgeschakeld en het gesprek gaat verder via de handsfree-functie van de auto.