Draadloze telefoonoplader*

Op de met rubber beklede plaat onder het middendisplay kunt u een telefoon opladen zonder het laadsnoer van de telefoon te gebruiken.

De draadloze oplader activeren en deactiveren

De draadloze oplader is geactiveerd bij de fabrieksinstellingen. Soms kan het handig zijn om de oplader te deactiveren, bijvoorbeeld als u uw telefoon op de rubberen plaat wilt leggen zonder die op te laden. Deactiveren en activeren doet u als volgt:
Ga naar instellingen iCup-2037-Settings symbol onderaan op het middendisplay en druk daarna op Bedieningselementen.
Pas de bediening aan bij Draadloze telefoonoplader.

Een eenheid opladen met de draadloze oplader

P6-2222-Wireless phone charger
Draadloze telefoonoplader vóór de schakelhendel

 Waarschuwing

Draadloos opladen kan van invloed zijn op de werking van een pacemaker of andere implantaten. Als u een dergelijk apparaat draagt, adviseren wij u contact op te nemen met een arts voordat u het draadloze oplaadsysteem gaat gebruiken.
Controleer of de oplader geactiveerd is.
Haal alle andere voorwerpen van de oplader.
Plaats de op te laden eenheid midden op de oplader.
De eenheid begint op te laden en het symbool iCup-2037-Wireless phone charging symbol verschijnt boven aan het middendisplay.

 Belangrijk

Bewaar geen pasjes of andere voorwerpen met NFC (Near Field Communication), zoals bankpasjes voor contactloos betalen, in combinatie bij de op te laden eenheid. Hierdoor wordt het opladen verstoord en kan dat soort voorwerpen beschadigd raken.

 N.b.

  • De oplaadprocedure kan variëren, afhankelijk van het type eenheid dat wordt opgeladen. Het kan bijvoorbeeld langer duren voordat het opladen begint of totdat de eenheid helemaal is opgeladen.
  • Eenheden kunnen warm worden bij opladen. Dit is normaal.

Als de telefoon niet wordt opgeladen:

  • Controleer op het middendisplay of de oplader is geactiveerd.
  • Controleer of er geen andere voorwerpen op de oplaadplaat liggen.
  • Controleer of de telefoon ondersteuning biedt voor draadloos opladen (Qi).
  • Verwijder een eventuele cover van de telefoon.
  • Til de telefoon van de oplaadplaat en plaats deze opnieuw in het midden ervan.
  • Controleer of het elektrische systeem van de auto is ingeschakeld.
  • Controleer of de telefoon tijdens de rit niet van de oplaadplaat is gegleden.
  • Als de temperatuur van de accu tijdens het laden te hoog wordt, wordt de laadfunctie uitgeschakeld.
  • Als een van de portieren wordt geopend, wordt het laden enkele seconden onderbroken.

Als het laden op de oplaadplaat onmogelijk is door voorwerpen verschijnt er een melding op het middendisplay.

 Belangrijk

Dek de telefoon en de draadloze oplader tijdens het laden niet af om oververhitting te gaan.
  1. * Optie/accessoire.