Verbrandingsmotor starten en afzetten

Een geavanceerd regelsysteem bepaalt wanneer de auto met de verbrandingsmotor of met de elektromotor wordt aangedreven of met beide tegelijk. Bij ritten op stroom moet de auto afhankelijk van de omstandigheden, bijvoorbeeld lage buitentemperaturen, de verbrandingsmotor mogelijk automatisch starten; dit is volkomen normaal. De verbrandingsmotor slaat bovendien altijd aan, wanneer de ladingsgraad van de hybride-accu tot het minimale niveau is gedaald.

Klimaatinstellingen bij lage temperaturen

Bij lage buitentemperaturen slaat de verbrandingsmotor soms automatisch aan om de gewenste temperatuur en luchtkwaliteit in de passagiersruimte te verkrijgen. De tijd dat de verbrandingsmotor draait is te beïnvloeden door

  • de temperatuur te verlagen
  • de ventilatorstand te verlagen
  • de rijmodus Pure te activeren.

Ritten op stroom bij lage of hoge temperaturen

Lage of hoge buitentemperaturen zijn mogelijk van invloed op de actieradius en het vermogen van de auto bij ritten op stroom en hoe vaak de verbrandingsmotor automatisch aanslaat.

Uitlaatgasreiniging

Om er zeker van te zijn dat de uitlaatgasreiniging zo zuinig mogelijk werkt moet de verbrandingsmotor, zodra deze is aangeslagen, enkele minuten draaien. Hoe lang de verbrandingsmotor moet draaien verschilt afhankelijk van de katalysatortemperatuur.