Parkeerhulp* activeren en deactiveren

De functie parkeerhulp (PAS1) is te activeren of te deactiveren.

De voor- en zijsensoren van de parkeerhulp worden automatisch geactiveerd bij het starten van de motor en de achtersensoren worden geactiveerd, als de auto achteruitrolt of als de achteruitversnelling wordt geselecteerd.

P5-1917-Park Assist System button

Activeer of deactiveer de functie met deze knop in het functiescherm van het middendisplay.

  • Brandende knop – de functie is geactiveerd.
  • Gedoofde knop – de functie is gedeactiveerd.

Bij een auto met parkeerhulpcamera* is de parkeerhulp ook te activeren of deactiveren via het desbetreffende camerascherm.

  1. * Optie/accessoire.
  2. 1 Park Assist System