Wisserbladen in de servicestand zetten

U moet de wisserbladen op de voorruit in bepaalde gevallen in de servicestand (verticale stand) zetten, bijv. bij het vervangen.
P5-1507-Service position wiper blades
Wisserbladen in servicestand.

De wisserbladen dienen in de servicestand te staan om ze te kunnen vervangen, reinigen of optillen (bijv. om ijs van de voorruit te krabben).

 Belangrijk

Voordat de wisserbladen in de servicestand worden gezet, moet u controleren of ze niet vastgevroren zijn.

Servicestand activeren/deactiveren

Activering/deactivering van de servicestand is mogelijk als de auto stilstaat en de voorruitwissers niet zijn ingeschakeld. De servicestand is te activeren/deactiveren via het functiescherm op het middendisplay:

P5-1507-Serviceposition-button

Druk op de knop Servicestand ruitenwisser. Het controlelampje in de knop brandt wanneer de servicestand geactiveerd is. Bij activering gaan de wisserarmen in de servicestand staan. Tik nogmaals op Servicestand ruitenwisser om de servicestand te deactiveren. Het controlelampje in de knop dooft wanneer de servicestand gedeactiveerd is.

De wisserarmen verlaten de servicestand ook in de volgende gevallen:

  • U activeert de ruitenwissers van de voorruit.
  • U activeert de ruitensproeiers van de voorruit.
  • De regensensor wordt geactiveerd.
  • U rijdt weg met de auto.

 Belangrijk

Als de wisserarmen in de servicestand van de voorruit af zijn gehaald, moet u ze tegen de voorruit terugklappen alvorens de wissers, de sproeiers of de regensensor te activeren of alvorens weg te rijden. Dit gebeurt om te voorkomen dat de lak op de motorkap beschadigd raakt.