Van doelvoertuig veranderen en automatisch remmen met Pilot Assist*

Pilot Assist kan bij auto's met een automatische versnellingsbak op bepaalde snelheden van doelvoertuig veranderen en remmen.

Van doelvoertuig veranderen

P5-1507-ACC RadarSensorTargetChange
Als het actuele doelvoertuig plotseling afslaat, kan het gebeuren dat een stilstaande voorligger het nieuwe doelvoertuig wordt.

Wanneer Pilot Assist een rijdende voorligger volgt bij snelheden onder 30 km/h, (20 mph) van doelvoertuig verandert en een stilstaand voertuig volgt, zal Pilot Assist voor het stilstaande voertuig remmen.

 Waarschuwing

Wanneer de Pilot Assist een rijdende voorligger volgt bij snelheden boven zo'n 30 km/h (20 mph), van doelvoertuig verandert en vervolgens een stilstaand voertuig volgt, zal Pilot Assist het stilstaande voertuig negeren en de opgeslagen snelheid aanhouden.

  • U dient dan zelf in te grijpen en te remmen.

Automatische stand-bystand bij wijziging van doelvoertuig

Pilot Assist wordt uitgeschakeld en stand-by gezet:
  • wanneer u langzamer rijdt dan 5 km/h (3 mph) en Pilot Assist niet kan registreren of het doelobject een stilstaand voertuig is of een ander object, zoals een verkeersdrempel.
  • wanneer u langzamer rijdt dan 5 km/h (3 mph) en de voorligger afslaat, zodat Pilot Assist geen voorligger meer heeft om te volgen.

Automatische remfunctie

Bij korte stops tijdens filerijden of voor verkeerslichten wordt de functie automatisch hervat, als de stop korter was dan zo'n 3 seconden. Duurt het langer voordat een voorligger weer gaat rijden, dan wordt Pilot Assist stand-by met automatische remfunctie gezet.

Pilot Assist kunt u op een van de volgende manieren heractiveren:
  • Druk op de stuurknop P5-1507-Symbol 5x3,5-CC rattknapp Återuppta hastighet.
  • Trap het gaspedaal in.
Pilot Assist hervat het volgen van de voorligger als deze binnen ongeveer 6 seconden vooruit begint te rijden.

 N.b.

Pilot Assist kan de auto maximaal 5 minuten stilhouden - daarna wordt de parkeerrem aangezet, waarna de functie wordt uitgeschakeld.

Om Pilot Assist te kunnen heractiveren, moet u eerst de parkeerrem lossen.

Annulering van automatische remfunctie

In bepaalde situaties wordt het automatisch remmen bij stilstand geannuleerd en wordt Pilot Assist stand-by gezet. Dat betekent dat de remmen worden gelost en de auto mogelijk gaat rollen – u moet daarom ingrijpen en zelf remmen om de auto stil te houden.

Dat is mogelijk in de volgende situaties:
  • u bedient het rempedaal
  • u zet de parkeerrem aan
  • u zet de keuzehendel in de stand P, N of R
  • u Pilot Assist stand-by zet.

Automatische activering van de parkeerrem

In bepaalde situaties wordt de parkeerrem aangezet om te zorgen dat de auto blijft stilstaan.

Dit gebeurt als Pilot Assist de auto staande houdt met behulp van de bedrijfsrem en:
  • u het bestuurdersportier opent of de veiligheidsgordel losmaakt
  • Pilot Assist de auto langer dan ongeveer 5 minuten staande heeft gehouden
  • de remmen oververhit zijn geraakt
  • de motor wordt afgezet.
  1. * Optie/accessoire.