Ventilator
Houd de ventilator altijd geactiveerd om te voorkomen dat de ruiten beslaan.
N.b.
Als de ventilator volledig uitgeschakeld is, start de airconditioning niet – wat kans op beslagen ruiten kan geven.
Ventilatorknop
Draai aan de knop om de ventilatorsnelheid te verhogen of te verlagen. Als AUTO wordt gekozen, wordt de ventilatorsnelheid automatisch geregeld. De eerder ingestelde ventilatorsnelheid wordt gedeactiveerd.