Belangrijk
Het is altijd de verantwoordelijkheid van de bestuurder om ervoor te zorgen dat er met de auto wordt gereden met een verlichtingsstand die is geschikt is voor de actuele rijomstandigheden en plaatselijke verkeersregels.
Buitenverlichting
Je kunt kiezen tussen verschillende exterieurverlichtingsstanden door aan de ring op de linkerstuurhendel te draaien.
![]() | Auto | Met de automatische verlichtingsmodus1 detecteert en berekent je auto automatisch welke verlichtingsmodus het meest geschikt is voor de verlichtingssituatie. |
![]() | Passeerlicht | Je kunt het passeerlicht handmatig selecteren, zodat je koplichten gedimd blijven. |
![]() | Parkeerlichten | De parkeerlichten zijn verlichtingspunten rond de auto die ervoor zorgen dat je auto beter zichtbaar voor andere weggebruikers is. |
![]() | Uit | 0 deactiveert alle verlichtingsstanden.2 |
![]() | Automatisch grootlicht | Automatisch grootlicht zorgt ervoor dat het grootlicht automatisch reageert op tegenliggers.3 |
Aanvullende verlichting
Je kunt het grootlicht en de richtingaanwijzers bedienen met de linkerstuurhendel.
Met de alarmlichten kun je anderen waarschuwen voor mogelijke risico's. Je schakelt ze in of uit met de knop onder het middendisplay.
Er zijn nog meer aanvullende lichten die je kunt inschakelen of aanpassen, zoals:
Mistachterlicht | Het mistachterlicht waarschuwt verkeer achter jouw auto als het zicht slecht is. Je kunt dit activeren met de knop op de linkerstuurhendel. |
Mistlichten voor | De mistlichten voor attenderen verkeer op jouw auto bij slecht zicht. Je kunt deze activeren met de knop op de linkerstuurhendel. |