Een gevarendriehoek gebruiken
Zet de gevarendriehoek in elkaar en plaats deze als de auto niet verder kan rijden in een gebied waar ook andere voertuigen rijden. De gevarendriehoek waarschuwt andere bestuurders voor jouw auto of andere stilstaande gevaren.
N.b.
Plaatselijke voorschriften en regelgeving
Voorschriften en regelgeving over hoe en waar je een gevarendriehoek moet plaatsen kunnen verschillen van gebied tot gebied. Het is jouw verantwoordelijkheid om te weten welke regels er in jouw locatie gelden en deze in acht te nemen.
Veelgemaakte fouten
Bij het gebruik van een gevarendriehoek worden de volgende fouten vaak gemaakt:
- De gevarendriehoek wordt niet ver genoeg van de auto geplaatst, zodat andere bestuurders niet ver genoeg van tevoren worden gewaarschuwd.
- De bestuurder rijdt weg zonder de gevarendriehoek mee te nemen.
Tip
- Als het donker is wanneer je de gevarendriehoek plaatst, moet je een reflecterend hesje dragen als je die in de auto hebt. Als je niet zo'n hesje hebt, kun je de gevarendriehoek vasthouden zodat de reflecterende delen zichtbaar zijn als je de driehoek draagt.
- Plaats de houder van de gevarendriehoek op de bestuurdersstoel, zodat de gevarendriehoek niet vergeet als je wegrijdt.
Schakel de alarmlichten in.
Haal de gevarendriehoek uit de houder, klap de driehoek uit en verbind de uiteinden.
Klap de steunpoten van de gevarendriehoek uit.
Plaats de gevarendriehoek op een geschikte plaats voor het andere verkeer en op een zodanige afstand dat andere bestuurders op tijd worden gewaarschuwd, voordat ze bij je auto zijn.
Haal de gevarendrhoekhoek op voordat je wegrijdt.