Kinderzitje

Het gewicht en de lengte van het kind zijn bepalend voor de plaats van het kind in de auto en de vereiste uitrusting.

Kinderen moeten comfortabel en veilig kunnen zitten. Zorg dat u het kinderzitje op de juiste wijze gebruikt.

Raadpleeg voor de juiste montage de montage-instructies bij het kinderzitje.

 N.b.

Bij gebruik van kinderveiligheidsproducten is het belangrijk om de meegeleverde montagehandleiding te lezen.

Kinderzitje plaatsen

P5-1646-XC90–Safety–Child seat and airbag
Tegen de rijrichting in geplaatste kinderzitjes en airbags gaan niet samen.

Zet tegen de rijrichting in geplaatste kinderzitjes altijd op de tweede of derde* zitrij, als de passagiersairbag geactiveerd is. Als de airbag wordt opgeblazen, kan een kind op de passagiersstoel ernstig letsel oplopen.

Als de passagiersairbag gedeactiveerd is, kunt u een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje op de passagiersstoel voorin zetten.

 N.b.

De wettelijke bepalingen voor hoe een kind in de auto moet worden geplaatst, verschillen per land. Stel u op de hoogte van wat van toepassing is.

 Waarschuwing

Laat nooit iemand voor de passagiersstoel zitten of staan.

Vervoer kinderen nooit in een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje op de passagiersstoel voorin, wanneer de passagiersairbag geactiveerd is.

Laat nooit passagiers (kinderen noch volwassenen) op de passagiersstoel voorin plaatsnemen, als de passagiersairbag gedeactiveerd is.

Het niet opvolgen van de bovenstaande aanbevelingen kan aanleiding geven tot levensgevaarlijke situaties of ernstig letsel.

Kinderzitje monteren

Let bij het monteren van een kinderzitje in de auto op het volgende.

 Waarschuwing

Comfortkussens/kinderzitjes met stalen beugels of andere constructies die tegen de openingsknop van de gordelsluiting aan kunnen liggen, mogen niet worden gebruikt aangezien ze ervoor kunnen zorgen dat de veiligheidsgordel per ongeluk open gaat.

Zet de bevestigingsbanden van het kinderzitje niet vast aan de hendel waarmee u de voorstoel in de lengterichting verstelt of aan de veren, rails of balken onder de stoel. Scherpe randen kunnen de bevestigingsbanden beschadigen.

Laat het bovengedeelte van het kinderzitje niet tegen de voorruit leunen.

Op voorstoel monteren

  • Controleer bij montage van tegen de rijrichting in geplaatste kinderzitjes of de passagiersairbag gedeactiveerd is.
  • Controleer bij montage van in de rijrichting geplaatste kinderzitjes of de passagiersairbag geactiveerd is.
  • Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kinderzitjes met een universele of semi-universele goedkeuring waarbij uw auto op de lijst van compatibele auto's staat.
  • ISOFIX-kinderzitjes zijn alleen te monteren, wanneer de auto is uitgerust met een ISOFIX-console1 (accessoire).
  • Als het kinderzitje voorzien is van onderste bevestigingsbanden, adviseert Volvo u om deze aan de onderste bevestigingspunten vast te zetten1.
  • Om de montage van kinderzitjes te vereenvoudigen kunt u gebruik maken van een ISOFIX-geleider.

Op tweede zitrij monteren

  • Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kinderzitjes met een universele of semi-universele goedkeuring2 waarbij uw auto op de lijst van compatibele auto's staat.
  • Het is niet toegestaan om kinderzitjes met steunbeen op de middelste zitplaats te monteren.
  • De buitenste zitplaatsen zijn uitgerust met ISOFIX-systeem en goedgekeurd voor i-Size3.
  • De buitenste zitplaatsen zijn uitgerust met bevestigingspunten bovenaan. Volvo adviseert u om de bovenste bevestigingsbanden door de hoofdsteunopening te halen alvorens ze vast te zetten aan de bevestigingspunten. Volg de adviezen van de producent van het kinderzitje op, als dit niet mogelijk is.
  • Bij auto's moet een derde zitrij* moet u de tweede zitrij eerst zo ver mogelijk naar achteren schuiven. Als u echter ook een kinderzitje op de derde zitrij gebruikt, kunt u afwijken van het voorgaande. Controleer in dat geval altijd of het kinderzitje volgens de instructies van de producent gemonteerd is.
  • Verstel na het vastzetten van eventuele onderste bevestigingsbanden van een kinderzitje in de onderste bevestigingspunten de desbetreffende stoel niet meer. Vergeet niet om bij het demonteren van een kinderzitje ook altijd eventuele onderste bevestigingsbanden te verwijderen.
  • Maak bij montage van een kinderzitje geen gebruik van een ISOFIX-geleider.

Op derde zitrij monteren*

  • Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kinderzitjes met een universele of semi-universele goedkeuring waarbij uw auto op de lijst van compatibele auto's staat.
  • Het is niet toegestaan om kinderzitjes met steunbeen op de derde zitrij te monteren.
  • Schuif de tweede zitrij zo nodig naar voren om voldoende ruimte te creëren. Controleer bij gelijktijdig gebruik van een kinderzitje op de tweede zitrij of dit kinderzitje nog steeds volgens de instructies van de producent vastzit.

Sticker voor passagiersairbag

P5-1546–Safety–Airbag decal placement EU 1
Sticker op zonneklep aan passagierszijde.
P5-1507–Safety–Airbag decal placement EU 2
Sticker op portierstijl aan passagierszijde. Bij het openen van het passagiersportier is de sticker zichtbaar.

De waarschuwingssticker voor passagiersairbag is aangebracht als hierboven.

  1. * Optie/accessoire.
  2. 1 Het aanbod aan accessoires verschilt per markt.
  3. 2 Geldt niet voor de middelste zitplaats.
  4. 3 Verschilt per markt.